zondag 23 juni 2013

't IS MIJ EEN RAADSEL!

Vrijdag jongstleden heb ik een dag doorgebracht op mijn oude stek in de Betuwe en zag onder anderen mijn tuin van toen terug.

Het huis liet mij tamelijk onverschillig, met veel plezier heb ik er gewoond, maar die tijd is voorbij. Dit gevoel is te vergelijken met de ontmoeting van een minnaar van vroeger. Ook die hoef je niet meer terug, want het gevoel van toen is er niet meer, c'est fini! Mijn vroegere buren mis ik zeker, want zij maakten dat ik me thuisvoelde in de Betuwe.
Ook een mooie roos

Mijn prachtige roos nu, die overigens altijd vreemd ging, is met wortel en tak uitgeroeid. Alles bloeide weelderig, maar de tuin op zich treurde.
Nou kun je je afvragen of dit niet een geval van projectie is. Vast wel, maar toch en dat houd ik staande, hangt er treurnis over de tuin. De verzorging ontbreekt.
Kortom een liefdevolle hand, die sturing geeft aan het geheel, is niet daar. De takken van de rozen, die overigens prachtig bloeien, steken boven de dakgoot uit bijvoorbeeld.
De klimop, de klimhortensia, de vijver, ja het is allemaal overdreven uit de kluiten gewassen.

En dat alles raakte mij zo, dat ik er niet van kon slapen. Misschien overdreven, maar als je weet met hoeveel liefde ik de planten, bloemen, bomen en de vijver verzorgde, ook het gras, de paden en wat dies meer zij, moet dit toch begrijpelijk overkomen.
Eenentwintig jaar lang namelijk heb ik mijn ziel en zaligheid daar ingelegd, want eerlijk gezegd begrijp ik niet, waarom mensen iets wat leeft, groeit en vreugde verschaft, niet goed verzorgen. Hetzelfde kan ik doortrekken naar de verzorging van dieren, de natuur en last but not least van mensen.
Ook een prachtige tuin

Maak je het jezelf aangenaam als jij je zo weinig om je levensomstandigheden bekommert? Ik kan het me niet voorstellen. Iedereen om me heen schermt met: druk, druk, druk……
Het is maar net waar je de prioriteiten legt en laten wij voor de verandering eens eerlijk zijn en niet meteen wegrennen, maar even pas op de plaats maken.

Op straat, terrasjes, winkels en noem maar op, zit de goegemeente gekleefd aan zijn mobieltje(s) of heeft muziekdopjes in. Ik kan mij voorstellen, dat jij je wel eens terug wilt trekken in jezelf, maar ik begin zo langzamerhand de (te) vele aso’s goed zat te worden.
Ik loop in de stad en ineens vlak voor mij stopt iemand zo plotseling, dat ik er bijna bovenop vlieg. Met het mobieltje al in de hand kijkt de betreffende persoon mij zo vuil en smerig aan, alsof ik degene ben, die fout zit. De omgekeerde wereld toch?
Zij was het niet hoor!


Ineens willen er drie mensen – twee vrouwen en waarschijnlijk een dochter van één van de twee – door mij heen lopen en omdat dit niet gaat, lopen ze over mijn tenen, want ze willen een winkel binnen en kunnen zelfs niet één seconde wachten om mij mijn weg te laten vervolgen. Nee, zonder blikken of blozen, laat staan dat er excuses worden aangeboden, besta ik gewoon niet voor ze. Wat is dit (een understatement!) voor narcistisch gedrag?

Met vrienden ga ik een middag stappen en tot mijn grote verbazing kleven ook aan hun oren de smartphones. En ik word zo nijdig, dat ik ze de keuze laat met:
'Ga lekker zo door, maar dan haak ik nu af.'

Wat is dit voor behoefte om constant met anderen in de weer te willen zijn? Zijn de meeste mensen bezig om van zichzelf en anderen een ding te maken? Geprogrammeerd door het geluid van de smartphone? Robotisering!
Nee, het is niet mijn wereld, helaas is het een deel van mijn wereld, want ik word, of ik wil of niet, deelgenoot daarvan gemaakt door de mij omringende mensen.
Alle mogelijke communicatiesystemen hebben we, maar is het werkelijke contact er op vooruitgegaan? Ik dacht het niet. Het lijkt mij angst, zichtbaar gemaakt door asociaal gedrag, maar waarvoor? 't Is mij een raadsel.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten