woensdag 26 december 2012

EEN WIRWAR AAN GEVOELENS, OP EEN RIJTJE GEZET.

Om misverstanden te voorkomen: dit is geen nieuwe liefde, deze wirwar aan gevoelens. Nee het is een consequentie van de liefde.

Hoort er ook bij vanzelf, daarom schrijf ik erover en dat doe ik, omdat – zo leerde de ervaring mij - daarna de puzzelstukjes op de juiste plek vallen.

Het beëindigen van een liefde is vaak kommer en kwel en ik kom daar ook niet helemaal onderuit.
Na het beëindigen van de relatie was ik aanvankelijk zeer opgelucht, want alle spanningen, die zich zo langzamerhand opgehoopt hadden, vielen van mij af.
Heerlijk dacht ik, geen rouwproces (tegen beter weten in) maar de opluchting gaf mij een fijn gevoel van ruimte en rust.
Daarvoor was ‘het verlangen’ al weggevallen, kortom het was een weldaad.

Maar ja, dat duurde niet lang, nee zo langzamerhand komt er een wirwar aan gevoelens naar boven, waar je ‘U’ tegen zegt.
Via haat en rancune naar pijn en verdriet en dan weer naar kwaadheid, want mijn ego voelt zich gekwetst en wil gehoord worden en laat ik mijn zelfmedelijden ook niet tekort doen. Daarachter zit de pijn van het gemis en onder die hele mikmak, dreigt de leegte zich te manifesteren.

Mijn basis is gelukkig niet ongelukkig. Ben dus niet depressief en zit ook niet in een dipje…. Nou ja, soms dan.
Ik heb het er wel druk mee en wil het liefst zowel de positieve, als de negatieve uitingen weg hebben. WEG moeten ze, maar ze laten zich niet wegjagen.

Daarom schrijf ik alles op in een dagboek of speel therapeut en cliënt tegelijkertijd en gelukkig, steeds weer opnieuw, moet ik om mezelf lachen.
De humor is G’d zij dank niet verdwenen.
Immers steeds weer, verliezen de tegenstrijdige gevoelens hun kracht en ga ik over tot de orde van de dag.
Totdat….alles opnieuw begint.
Mijn hemel, wat word ik er moe van!!

Maar t’ is niet anders, ’t is lijden, totdat de puzzel op zijn plek ligt, of
gaat het nooit over…..!?
Nee, echte liefde gaat nooit over, alleen de pijn gaat voorbij, toch?

zaterdag 22 december 2012

DE 'VRIJE' WIL

 

De vrije wil kreeg ik als negenjarig kind voor het eerst duidelijk, toen ik aan mijn moder vroeg: 'waarom zijn wij op deze wereld. Wat moeten wij hier doen?'
Mijn moeder voelde zich blijkbaar overvallen door deze vraag, want ongeduldig antwoordde ze, dat ik moest gaan spelen en niet zo zeuren.

Toen bedacht ik, dat ik dan zelf maar iets moest bedenken, want als grote mensen al niet weten waarom we hier zijn, dan maak ik er zelf maar wat van, besloot ik.
Eén ding was mij wel duidelijk, ik wilde geen huisvrouw worden.
Het was jammer, dat ik geen jongetje was, maar ja, daar was nu eenmaal niks aan te doen. Maar thuis blijven om de boel op orde te houden en dan ook nog kinderen krijgen….?!
Een eigen leven, wilde ik, maar hoe en wat?

En tevreden met wat ik bedacht had ging ik spelen. Als kind voelde ik een constante druk, omdat mijn wil zelden strookte met die van anderen.
Dit mocht niet, dat kon niet, het hoorde niet, etc.
Nou was mijn kindertijd absoluut geen hel, maar om nou te spreken van een vrije wil?
Ik bedacht dus oplossingen, niet wetende, dat ik daar later in mijn leven last van zou krijgen, omdat in mijn gedrag bepaalde automatismen slopen, die mijn vrije wil later belemmerden.

Dus veel later, toen ik werkte aan ‘mijn verliezen’ bij een therapeute, die vanuit 'het innerlijke kind' werkte kreeg ik duidelijk, waarom ik zo nu en dan vaag vervelende gevoelens kreeg bij mijn gedrag. Ik reageerde soms primair of te secondair.
Door situaties vanuit mijn kindertijd op te roepen, die ik met bovengenoemde gevoelens associeer en ze opnieuw doorleef, kan ik nu opnieuw kiezen hoe ik wil reageren en dat geeft mij ruimte en vrijheid.

Waarmee ik niet de suggestie wil wekken, dat wij een totale vrije wil hebben.
Nee, er is nog niet zo lang geleden een onderzoek geweest, waaruit blijkt, dat wij veelal reageren vanuit dieper gelegen lagen.
Maar daarover misschien later.

donderdag 13 december 2012

HET LEVEN GAAT, ZOALS HET LOOPT.....

Lang geleden ontmoette ik een man, waar ik verliefd op werd. Wij volgden echter ieder een andere weg, omdat we toen blijkbaar nog niet voor elkaar bestemd waren.
Maar na jaren, toen ik vanuit een schrijfcursus opdrachten kreeg om verhalen te schrijven, kwam zijn naam steeds bovendrijven en het schrijven lukte van geen kant. Alleen zijn naam werd mijn houvast en uiteindelijk zocht en vond ik hem via internet.

Een brief volgde, die hij beantwoordde, maar daarna schreef hij, dat ik te dichtbij kwam en dat hij dit niet wilde. Aardig wanhopig maakte me dit, want ik had een ethisch probleem, dat ik met hem wilde bespreken. ‘Wat nu’, zei Pichegru!

Wat ik nooit voor mogelijk had gehouden, gebeurde. Ik ging hem stalken.
Nee, ik lag niet voor zijn deur. Ik bleef hem mailen, een paar maanden lang en net toen ik dacht: ‘dit zet geen zoden aan de dijk’ schreef hij mij terug en vroeg, als ik hem dan tóch mailde, om over onderwerpen te schrijven, die hij leuk vond.
Kerst 2009 was het keerpunt.

Sindsdien zijn wij contact blijven houden, op een paar tussenpozen na.
Er ontwikkelde zich een diepe warme vriendschap, waarbij liefde in het spel was.
Alleen kon de liefde zich niet blijvend ontwikkelen, omdat het een: ‘aai poes - weg kat – relatie’, betrof. Als wij te close werden, wist ik al, dat er daarna een afstandelijke periode intrad, waarin hij het echte contact meed. Bovendien mocht hij mij dan niet zo graag en de liefde verdween misschien niet helemaal, maar toch grotendeels.

Hij schreef mij, dat er delen in hemzelf waren, die hij niet accepteerde en als hij dat zo ervoer, dan projecteerde hij die gevoelens op mij.
Hij was in behandeling bij een therapeut, maar ik had niet zo de indruk, dat die werkte aan zijn kracht. In ieder geval viel hij geregeld terug op zijn thuisfront, zijn veilige basis.

Het is drie jaar lang een relatie van aantrekken en afstoten, totdat ik mij realiseer, dat ik dit niet meer wil, hoe groot mijn liefde en begrip ook zijn .
Ik voelde de kloof tussen ons groeien en zo eindigde mijn grote liefde.
En voor hem? Wel hij deelde me en passant mee: ‘mijn liefde voor jou is niet zo overweldigend.’ Het zij zo!

In ieder geval heeft deze liefde mij rijker gemaakt en met deze bagage ben ik alweer  onderweg en zie wel!


woensdag 12 december 2012

PARAPSYCHOLOGIE

Al weer heel wat jaren geleden, toen ik nog in Limburg woonde, ‘wist’ ik op een ochtend, dat ik een ongeluk zou krijgen. Hoe ik dat wist? Geen idee! Ik wist het.

Maar ja, wat doe je dan!? Thuisblijven? Daar had ik geen zin in, bovendien hoe zouden de mensen op mijn werk reageren, als ik ze meldde, dat ik wist een ongeluk te krijgen? Op zijn minst zouden ze denken, dat ik niet goed snik was. En om me nu ziek te melden? Nee, daar voelde ik niks voor, want ik was niet ziek en bovendien wilde ik gewoon werken. Op naar mijn werk dus.

Ik nam me voor een alternatieve route te nemen, waar ik voorzichtig kon rijden, omdat het op die route nooit druk was. Ik kon het rustig aan doen.
Het ging allemaal goed totdat een oudere meneer bij een kruising met zijn auto links voorsorteerde en daarna rechtsaf sloeg, vlak voor mijn auto langs en het kon niet uitblijven, dat ik hem in zijn flank greep.
Gelukkig waren er geen persoonlijke ongelukken, alleen blikschade.
Al vervelend genoeg natuurlijk.

Later, toen ik in de Betuwe woonde en daar nieuwe buren kreeg, ‘wist’ ik, dat ze gingen scheiden. Ook in gesprekken met mensen ‘wist’ ik vaak dingen, die ik niet kón weten!
Al deze wonderlijkheden maakten mij nieuwsgierig naar parapsychologie.
En toen ik in de omstandigheden verkeerde niet meer buitenshuis te werken, nam ik de gelegenheid te baat om mij daar eens in te verdiepen.
Ik was nieuwsgierig of er veel onderzoek naar parapsychologie werd verricht en hoe dat in zijn werk ging. Dus ik gaf mij op voor een cursus.

Met de vragen:
- kan ik mijn intuïtie verfijnen en verdiepen?
- hoe kan ik iets ‘weten?’ of is het een soort geloof?

Er Is een voorwaarde verbonden aan de deelname van de studie, namelijk, dat het alleen zin heeft om te beginnen vanuit een open houding.
Er wordt geen pleidooi gehouden voor een lichtgelovige, kritiekloze houding, maar wel, dat men zich niet bij voorbaat afsluit voor alles wat onbekend is, onverklaarbaar lijkt en niet past in ons vertrouwde wereldbeeld. (Drs.J.Maes, NTI-cursussen)

En zo sprong ik in het diepe!

vrijdag 7 december 2012

EEN KLEIN KAMERTJE....

Vandaag is mijn moeder verhuisd naar een zorgcentrum voor ouderen.
Gisteren heb ik haar opgehaald uit het volledig onttakelde oude huis, zodat ze de nacht daar niet hoefde door te brengen.
Ze droomde, dat ze een hond was met alleen een hok tot haar beschikking en ze draaide steeds om haar eigen as. Ze kon geen kant op en voelde zich zeer
verdrietig en opgesloten.

Mijn moeder levert een belangrijk deel van haar zelfstandigheid en haar privacy in en dat vertaald zich in het wonen in een kleine kamer, waar ook haar bed staat.

Toen ik haar vanmiddag naar haar nieuw onderkomen bracht, was ze blij verrast, omdat ze daar de essentie van haar zijn terugvond.
Haar sfeer, de eigenheid van de antieke meubels, haar boeken, dit alles was er en ze voelde zich opgelucht en gelukkig. ‘Wat heb ik nu nog te wensen’, zei ze.

Ook al omdat de zorgmanager haar verzekerde, dat zij zelf haar besluiten kan nemen ten aanzien van de zorg, die ze behoeft en het wel of niet deelnemen aan gezamenlijke maaltijden en/of georganiseerde bijzonderheden, zoals een kerstmaaltijd. Zij heeft dus nog altijd haar eigen huis, ook al is dit nu een onderdeel van een groter geheel.

Naarmate wij ouder worden leveren wij steeds meer in en toch…..
wat wij loslaten is niet alleen materie, wat wij tot het laatst proberen vast te houden is onze identiteit.
Want als wij dat ook nog verliezen, zijn wij zelf verloren.

woensdag 28 november 2012

VIJFTIG TINTEN GRIJS

Het boek 'Vijtig tinten grijs' is geschreven door E L James en hierbij geef ik mijn impressie weer.

Neem nu eens, bladzijde 520 als eerste pagina van het boek ‘Vijftig Tinten Grijs’  met daarbij enkele situaties uit het voorgaande, die als flashbacks kunnen dienen, misschien groeit het boek dan uit naar een psychologische roman, tenminste als de persoonlijkheid van Christian wordt uitgediept en wij de ontwikkeling van beide hoofdpersonen mee mogen beleven.
Nu heeft het boek geen body, wij lezen onder anderen niet, wat Christian aan trauma’s heeft meegemaakt, hoe hij zich daartoe verhoudt en hoe zijn ontwikkeling van kind naar volwassene, heeft plaatsgevonden.
Het is een plat pornografisch boek geworden, of was dat misschien juist de bedoeling?!

Het hele boek gaat in feite over de frustraties van Christian, die hij vorm kan geven, omdat Ana hem steeds meer ruimte geeft, want ze is verliefd op hem. Ze wil hem begrijpen en probeert intimiteit tussen hen op te bouwen.
Christian is echter manipulatief, door bijvoorbeeld Ana te verwennen met veel luxe. Hij is een knappe charismatische man, die geslaagd is in het leven, althans zo lijkt het.
Ana is nieuwsgierig en houdt van avontuur, hetgeen haar aantrekt in Christian, hij heeft iets mysterieus en dat geeft een leuke spanning en prikkeling.
Ze is niet alleen nieuwsgierig naar hem, maar leert zichzelf ook beter kennen, ongekende emoties dienen zich aan, waar ze niet alleen van geniet, ze voelt zich zo nu en dan ook ongemakkelijk.

Christian is bang voor de liefde, kan zich niet hechten en voelt afschuw voor iedere vorm van affectie. Hij projecteert zijn frustraties op Ana, naarmate hij steeds meer macht over haar krijgt. Als een spin in zijn web probeert hij haar daar te krijgen, waar hij haar hebben wil.
Ana gaat tot het uiterste om Christian te kunnen bereiken, maar ze ervaart, dat dit niet lukt en Christian zelfs niet verliefd op haar is.

Heeft dit boek iets met seksualiteit en sensualiteit te maken?
Ik dacht het niet! Christian is bezig zijn frustraties, spanningen en angsten af te reageren op Ana, maar het lost niets op. Voor hem is het een vicieuze cirkel, die hij niet wil of misschien zelfs niet kán doorbreken.
Ana is in ieder geval aan het eind van het verhaal zo verstandig de relatie te beëindigen. Zij heeft andere behoeftes, die bij Christian niet aan bod komen.
Een boek zonder veel diepgang.
Ik kan me niet voorstellen, dat dit soort literatuur prikkelend is voor vrouwen.
Vrouwen willen avontuur en spanning in hun seksuele leven en dat is hun goed recht, maar met een man, die blijkbaar zeer beschadigd is?
Dat zouden vrouwen niet moeten willen.
Fantasie is weliswaar geen werkelijkheid, maar dit kan toch niet hét middel zijn om de behoefte aan avontuur te bevredigen?

E L James heeft nog twee vervolg boeken geschreven en van horen zeggen, komt in het tweede deel het trauma van Christian aan de orde en in het derde boek krijgen ze elkaar en zo is het bouquetreeksboek dan toch nog gered. Een sprookje dus!
Conclusie: het bouquetreeksboek is van een doktersroman geëvalueerd naar harde porno met een sprookjesachtig eind. Dat kanniewaar zijn, toch?
Maar ja, als het de sleur breekt, kan het dan kwaad?





zaterdag 24 november 2012

WAAR HET HART VOL VAN IS....

‘Waar het hart vol van is, daar loopt de mond van over’ zei mijn oma vroeger en laat ik daar nu vandaag mee behept zijn!
Het meer - immers mijn grote liefde, zoals ik al eerder schreef - is de meest ideale liefde, die ik me maar kan voorstellen, want alles wat het meer en het strandje betreft wordt onderhouden door de gemeente, ik hoef zelfs niks voor te koken.
Zomers wordt het strandje verzorgd als was het een baby. Het strand wordt gewassen als het ware en gekamd, het vuil wordt weggehaald en het gras gemaaid. Het materiaal, dat aanwezig is (palen, houten vlonders en dergelijke) wordt bijgehouden, het is een feest om naar te kijken vanuit mijn luie stoel in de zon.

Zodra, mijn familie en ik in februari van dit jaar met emmers, dweilen en zeep  gewapend mijn pas gekocht huis binnenstappen, worden wij vergast op een wonderschoon uitzicht. Koffie gezet en maar kijken. Van schoonmaken komt in eerste instantie niet veel terecht. Het is een stralende dag en sneeuw, maagdelijke
sneeuw bedekt het ganse meer, de bomen met de berijpte takken en alsof dat nog niet genoeg is, scheren drie ganzen in formatie over het water. Ogen komen we tekort, woorden schieten ons niet te binnen. Wat ons die eerste dag in de schoot wordt geworpen, is je reinste kerstkaart kitsch, maar…. oh zo wondermooi!
Sindsdien is mijn eerste gang ‘s ochtends, naar het terras en daar begroet ik het meer, de eenden, de zwanen en andere pluimage en vaak word ik op spectaculaire wijze verrast. Dit keer is het een jury, die reeds paraat staat.
Het wachten is op mij!

De jury, bestaande uit drie zwanen, die er streng op toeziet, dat iedereen zich aan de regels houdt. Ze is onbeïnvloedbaar en je kunt een liniaal langs de keurig op een rij  drijvende jury leggen, bovendien trekken ze niet alleen naast, maar ook met elkaar één lijn.
En daar komt de eerste kandidaat zijn kunsten vertonen. Hij probeert op één poot een pirouette te draaien, maar dat mislukt jammerlijk.
De jury verblikt en verbloost niet en hij wordt meteen gediskwalificeerd. Er is geen discussie mogelijk. De kandidaat gooit, als slechte verliezer, zijn kop in de wind en gaat er als een haas vandoor. Daarna zijn de drie dartele eendjes aan de beurt, die hun best doen en allerlei brutale capriolen met succes uithalen, zij mogen door naar de volgende ronde.

Maar het klapstuk is toch een groep waterhoentjes. In grote vaart komen ze aanstuiven, waarbij ze met één poot een loodrechte streep trekken over het water tot aan het strandje. Terwijl ik mijn hart vasthoud, omdat ik voorzie, dat ze  in een kluitje op het strand tuimelen, landen ze er echter precies voor.
Van timing gesproken!
Vol bewondering klepperen alle eenden en zwanen met hun vleugels. De laatste kandidaten hebben niet alleen de beker verdiend, maar het wordt hen ook nog eens uitgereikt door een prinses, maar dát heb ik alleen van horen zeggen.

Ook zie ik iedere dag aan beide zijden van mijn terras boven op de rieten matten, die daar als afscheiding mooi staan te wezen, twee groepen mussen – de linksen en de rechtsen. Ze vergaderen. Je weet niet wat je ziet, maar of het tot een besluitvorming komt? Ik waag het te betwijfelen.
Ze zijn als kwikzilver zo vlug, hupsen heen en weer, vliegen af en aan, zitten omgekeerd en kwekken!! Dit zijn de ware anarchisten, er is geen gezag of gebod. De voorzitter kan er vast geen touw aan vastknopen. Ten einde raad vliegt de hele meute het zwerk in en de volgende ochtend begint het feest van voren af aan.

zondag 18 november 2012

EEN LUCIDE DROOM


Plotseling word ik wakker en zie dat mijn leeslamp nog brandt en ik vraag me af, of dat mij heeft doen ontwaken.
Maar…. dan zie ik tot mijn grote schrik een jonge man naast mijn bed staan.
Ik schrik me werkelijk kapot! En voel, dat de angst letterlijk uit mijn ogen springt. Verstijfd zie ik, dat hij conventioneel gekleed is in overhemd, pantalon en stropdas.
Mijn eerste gedachte is: ‘er is ingebroken. HELP!!’ Maar ik spring niet uit mijn bed, schreeuw en sla niet. Ik zeg niks, kan alleen maar in de ogen kijken van die jongeman.

Met geen mogelijkheid kan ik mijn ogen afwenden, het is alsof wij elkaar proberen te absorberen. Waarop ik me ineens zeer bewust word van mijn situatie. ‘Gelukkig lig ik er decent bij, denk ik nog, in t-shirt en de haren gewassen.’ Merkwaardig waar een mens al niet aan denkt, nietwaar? Zelfs met de dood voor ogen blijk ik nog ijdel te zijn ook. Evengoed blijf ik mij zeer kwetsbaar voelen en bedenk ondertussen, wat ik moet doen, als hij mij wil vermoorden of zoiets.

‘Ik sla er meteen op,’ bedenk ik en gesterkt door dit besluit komt er iets van mijn zelfvertrouwen terug en zie, dat hij geen colbert draagt en absoluut geen agressie uitstraalt, bovendien heeft hij geen inbrekerstenue aan, want op z’n minst heb je dan toch iets makkelijks aan, veronderstel ik.
Hij heeft de leeftijd – als hij was blijven leven - van mijn zoon en draagt kleding in de stijl van mijn ex-man. Hij zal toch niet…., of zal hij de Dood zijn, die mij komt halen?
Zijn ogen zijn onwerkelijk, ze zijn echt niet van deze wereld.

Ineens voel ik een diepe moeheid, beginnende bij mijn benen, alsof de jongeman energie aan mij onttrekt, bovendien wil ik dit experiment alleen aangaan, als ik mij er klaar voor voel, want dat dit mijn zoon moet zijn, wordt mij steeds duidelijker en ik voel een grote angst.
Daarom sluit ik even mijn ogen om daarna de ontmoeting met mijn zoon aan te gaan. Die kwetsbaarheid durf ik wel aan. Merkwaardig, toch?
Na een tijdje besluit ik de koe bij de horens te vatten en zoek met mijn blik de jongeman. Maar….niet alleen is de lamp uit ook de jongeman is foetsie!

Ik stap meteen uit bed, doorzoek het hele huis op braak, maar er is niets te vinden en eigenlijk verwacht ik dat ook niet.






DE MOGELIJKE BETEKENIS VAN DROMEN

Dromen horen bij het leven en een grote doorbraak in het droomonderzoek heeft plaatsgevonden in 1953 en wel van de Rapid Eye Movement (REM)slaap, waarin de meeste grote dromen plaatsvinden. Deze ontdekking heeft de techniek bij het droomonderzoek betrokken, zodat nu de fysiologie van de droom en de relatie tussen dromen en slapen steeds verder onderzocht kunnen worden.

De dromen, die gedroomd worden in de REM-slaap, bestaan uit verhalen, symbolen en gedetailleerde droomlandschappen. De droom weerspiegelt in beeldtaal verdrongen gebeurtenissen en andere voorvallen uit het onderbewustzijn.

De moderne droomstudie begint met Sigmund Freud (1856-1939). Hij wees dromen toe aan het onbewuste, de plaats waar onze onderdrukte instincten en verlangens huizen. De baanbrekende theorieën van Carl G. Jung (1875-1961) over archetypen en het collectieve onbewuste waren in vele opzichten een directe reactie op Freud.

De Amerikaanse psychiater Fritz Perls (1893-1970) is het bekendst als grondlegger van de Gestalttherapie, een therapie met de nadruk op de manier waarop het individu feiten, waarnemingen en gedrag organiseert of integreert. De Gestalttherapie gaat niet uit van de betekenis van elk afzonderlijk onderdeel.

Perls zag net als Jung en Freud de symbolische betekenis van dromen, maar was van mening, dat elk personage en voorwerp in een droom een projectie was van onszelf en de manier waarop we leven. Voor Perls zijn dromen onafgemaakte emotionele problemen in de biografie van de dromer, hun symbolische betekenis is te herleiden tot de persoonlijke ervaringen van de dromer en behoort niet tot de collectieve drijfveren.
Droomt iemand bijvoorbeeld over een trein, die door het bos rijdt, dan vroeg Perls aan de dromer te spelen, wat de bomen voelen en de rails zeggen, als de trein langs of over ze rijdt.
Er zijn verschillende soorten dromen en één daarvan is de lucide droom.

Kenmerken van lucide droombeelden zijn onder anderen:

-        tamelijk realistisch van aard;
-        personen en dingen behouden hun identiteit,
-        helder gekleurde en scherpe beelden; goed functioneren van het geheugen en het denkvermogen.

De mogelijkheden in een lucide droom zijn legio, bijvoorbeeld:
-        vliegen of zweven;
-        de situatie en dus het verloop van de droom naar eigen hand zetten;
-        verwerken van onafgemaakte ervaringen;
-        ziekten genezen, angsten overwinnen;
-        het leveren van creatieve prestaties en contact maken met overleden personen.

dinsdag 6 november 2012

MIJN VERSCHILLENDE LIEFDES

Tot mijn verbazing waagde ik mij op latere leeftijd aan allerlei soorten liefdes.
En als het zo te pas kwam ging ik vreemd zonder mij daarvoor te schamen.

De liefde van mijn leven (dacht ik toen) was de tuin. Mijn moeder bracht mij
streng, doch liefdevol onder ogen, dat ik al mijn geld in de grond stopte.
Daar had zij gelijk in, maar tuinieren maakte mij gelukkig en ik kon er veel
in kwijt.
De zon bijvoorbeeld verwende mijn ziel, als ik in de stilte van de ochtend op mijn bankje een kop koffie dronk.
Soms echter had ik ruzie met de klimrozen, die mij steeds maar weer met hen
tentakels probeerden te wurgen. Deze rozen nu, gingen iedere zomer vreemd, want de gedachte had bij hen postgevat, dat het gras bij de buren groener oogde en met behulp van hun brutale charme begon het grote verleidingsspel. En het werkte ook nog! Niets, maar dan ook niets werd hen in de weg gelegd… Nou ja!
Maar ik dacht: ‘wat zij kunnen, kan ik ook’. Oh, zo!
Eigen schuld, dikke bult.

En zo kom ik op de volgende liefde namelijk ‘Vijftig tinten grijs’.
Ja, ik geef toe, dat dit een vreemde overgang is, maar de liefde en vreemd gaan vind je overal.
Zeker, ik ben een hebberig type, maar dat is niet mijn schuld, want de liefde heeft immers vele gezichten.Tussen de regels door haal ik dit uit het boek van E L James .
Een aantal van die vele gezichten brengt mij in de buurt van de psychologie en filosofie, omdat ik van die zijde iets meer inzicht verwacht te krijgen in bovengenoemde materie.
Waarschijnlijk tegen beter weten in.

Heb bijna al mijn liefdes ondergebracht in de bibliotheek (een zeer weidse naam voor dat kleine hokje) maar je kan nu eenmaal niet alles hebben.
Het is daar vaak een gedrang van jewelste, want ieder voor zich zet hierbij zijn opvattingen en overtuigingen in om gelijk te krijgen en voor alsnog resulteert dit in woordelijke (hoe lang nog?) vechtpartijen. Ze willen koste wat het kost de ander de loef afsteken. Oh jé, oh jé, als dat maar goed gaat....
Eén troost hebben ze, de bibliotheek heeft een  geweldig uitzicht!
Een foto gaat hierbij als bewijs.

Het meer met al zijn eenden, zwanen en vogels, is niet meer uit mijn leven weg te denken en is nu de liefde van mijn leven. Mijn tuin heeft daar dus plaats voor moeten maken.
Dat lijkt misschien trouweloos, maar dat moet ik toch bestrijden.
De tuin vroeg op een gegeven moment zoveel aandacht, dat die een belasting werd.

De scheiding verliep dramatisch.